Nijmegen, Vantilt, paperback, rijk geillustreerd, met cd, 256 pagina's. ISBN 9789077503669.
Er werd wat afgezongen tijdens het Derde Rijk. Zonder overdrijving kan men spreken van een ware dictatuur van de zang. De nazi's zorgden er wel voor dat iedereen, van de kleinste kleuter tot de hoogste partijbons, royaal kon putten uit een reservoir aan bruine liederen. Want zang gaf moed, verbroederde en stampte de propagandaleuzen erin. Zingen is beter dan denken, beweerde een nazi-gezinde dichter zelfs. Tijdens de Tweede Wereldoorlog galmden overal in bezet Europa Duitse marsliederen door de straten. Op den duur kon zelfs menige antinazi 'Deutschland uber alles', het Horst Wessel-lied en 'Wir fahren gegen England' meezingen. De Nederlandse nationaal-socialisten lieten zich muzikaal evenmin onbetuigd. Vanaf het begin werd elke NSB-bijeenkomst afgesloten met het Wilhelmus. De Nederlandse zwarthemden zouden het zesde couplet zelfs tot het eind van de oorlog trots ten gehore brengen. Zij bouwden daarnaast via vaderlandse evergreens een eigen repertoire op van strijdliederen die de massa serieus moesten bewerken. De zangcultuur van de NSB is tot dusver niet onderzocht. Gerard Groeneveld is de eerste die de gewraakte teksten en melodieen bestudeert. Zo maakt hij duidelijk welke rol muziek binnen Musserts beweging speelde. Groeneveld volgt de ontstaansgeschiedenis van NSB-liederen, beschrijft de context waarbinnen ze werden gezongen en portretteert de bekendste componisten. Voor een indruk van deze gezwollen muziek is bij Zo zong de NSB een cd gevoegd met een representatieve selectie (26 nummers) uit de Duitse en de Nederlandse nationaal-socialistische liederenschat.
Nijmegen, Vantilt, gebonden, zeer rijk geillustreerd, 160 pagina's. ISBN 9789077503720.
Aan het begin van de oorlog bezat ongeveer een op de tien van Hitlers soldaten een kleinbeeldcamera. En daarmee fotografeerden ze er lustig op los. Ze maakten soms aangrijpende beelden van de opmars door Nederland en richtten tijdens de bezetting hun lens op alles en iedereen van hun gading. In mei 1940 trokken ze massaal de grens over om Nederland voor hun Fuhrer bij het Duitse Rijk in te lijven. Maar naast een wapen hanteerde menig Wehrmachtsoldaat een fotocamera om wat hij zag en beleefde voor thuis vast te leggen. Amateurfotografie was in nazi-Duitsland uitgegroeid tot een ware rage. Aan het begin van de oorlog bezat ongeveer een op de tien van Hitlers soldaten een kleinbeeldcamera. En daarmee fotografeerden ze er lustig op los. Ze maakten soms aangrijpende beelden van de opmars door Nederland en richtten tijdens de bezetting hun lens op alles en iedereen van hun gading. Die kiekjes van toen zijn nu interessante historische documenten geworden. Ze tonen tot dusver nog onbekende scenes van de gevechten tijdens de meidagen in 1940 en geven een boeiend, onopgesmukt beeld van Nederland tijdens de oorlogsjaren. Vaak toeristische plaatjes, of illustraties van de dagelijkse militaire routine, maar een enkele keer onthulden ze verrassend hoe de Nederlandse bevolking met die vreemde overheersers omging. In Heinz in Holland is een intrigerende selectie van die authentieke kiekjes bijeengebracht door Gerard Groeneveld, specialist op het gebied van de mediageschiedenis van de Tweede Wereldoorlog.
Nijmegen, Vantilt, paperback, rijk geillustreerd, deels in kleur, 430 pagina's. ISBN 9789075697513.
In de rangorde van de fascistische en nationaal-socialistische propaganda stond het woord vooraan. Eerst het gesproken woord; onmiddellijk daarna volgden stromen kranten, tijdschriften, brochures en duizelingwekkende stapels bruine boeken. Het boek werd niet zelden vergeleken met een zwaard, een wapen in dienst van de politieke strijd. Welke publicaties gebruikten het fascisme en nationaal-socialisme om hun idealen te verwezenlijken? Wie waren daarvan de auteurs en de uitgevers? Welke boekhandelaren verspreidden deze werken? Hoe werden de uitgaven onder de aandacht gebracht, hoe werkte de censuur en wat was uiteindelijk het effect van alle inspanningen? Deze geschiedenis van het bruine boek is nu, op veler verzoek, in herdruk verschenen.
, vantilt uitgeverij, 2019 paperback, 20 x 25 cm, gei?llustreerd in kleur, 320 pagina?s. ISBN 9789460044199.
In Hitlers Duitsland werd geen propagandamiddel onbeproefd gelaten om de geestdrift onder de jeugd op te stoken. De continuïteit van het Derde Rijk hing immers van hen af. Die propaganda was succesvol: veel jongeren bleven tot het bittere einde geloven in de heilstaat die de Fu?hrer hun jarenlang had voorgehouden. Zelfs als dat ten koste van hun eigen leven ging. Foto?s en illustraties leverden een belangrijke bijdrage aan die bezieling. Alle media vochten om de aandacht: vanaf het prentenboek, het eerste schoolboek waarmee kinderen leerden lezen en schrijven, de jeugdboeken, de tijdschriften en zelfs de illustraties in de sigarettenplaatjesalbums. En steeds hadden ze maar één doel: de manipulatie van Duitse jongens en meisjes tot bruikbare leden van de nationaalsocialistische volksgemeenschap. Hitlers jongste hoop schenkt voor het eerst aandacht aan de rol van illustraties voor de jeugd binnen de nazipropaganda. Daaruit wordt pijnlijk duidelijk dat jongeren, zoals in onze tijd via sociale media, ook in de jaren dertig en veertig al op geraffineerde wijze werden beïnvloed via beelden.
Nijmegen, Vantilt 2005 253pp. + buitentekstplaten, 22cm., gecart.band, stofwikkel, mooie staat, N69414
Nijmegen, Vantilt 2001 429pp.geïll., 24cm., mooie staat, N73874