Amsterdam, Athenaeum - Polak & Van Gennep , 2007 Gebonden, donkergrijs karton met zilveropdruk op rug, witte papieromslag, 195 x 265mm., 496pp., zeer uitgebreide kleurillustratie. ISBN 9789025363727.
Wat is de beeldende kunst en waar komt ze vandaan? Waarom bestaat ze en hoe verandert de kunst in de loop van de tijd? Op deze vragen geeft Julian Bell ons de antwoorden in het nieuwe standaardwerk over kunstgeschiedenis. Vanaf de eerste impulsen om ruw materiaal een vorm te geven tot en met het ontstaan van eigentijdse installaties hebben mensen de neiging gevoeld tot het maken van beelden. Stijlen en perioden zijn elkaar opgevolgd en het loont de moeite dwarsverbanden tussen schijnbaar ver uit elkaar liggende tradities te leggen. De schilder Bell gebruikt een heel scala aan voorwerpen, van dagelijks tot onbekend, om bloot te leggen hoe de kunst voortkomt uit onze gemeenschappelijke ervaring, hoe zij het menselijk tekort weerspiegelt, hoe zij als een spiegel laat zien wat ons werkelijk bezighoudt. Bell vermijdt de gebaande paden en hij kiest voor een letterlijk mondiaal perspectief. Vertaald door Victor Kuijper en Annelies Roeleveld. Nieuw boek.